Hoewel je na twee jaar Lemelerveld moeilijk kunt zeggen dat je hier helemaal nieuw bent en je ogen uitkijkt …. zijn we als westerlingen toch best nog geregeld verbaasd.

De Lemelerveldse mores hebben ons vaak blij verrast, ons aan het lachen gebracht en soms …… nou ja, laten we het daar maar niet over hebben ;-). Want hoe is het als je uit de grote stad nieuw in een dorp aankomt waar iedereen elkaar kent? Wat moet je doen om Lemelervelder te worden?

Het leek ons een leuk idee om daar een aantal columns in de Lemelervelder over te schrijven. Vandaag de eerste.

Als je maar normaal doet!

De eerste weken aan het schoolplein in Lemelerveld. Een heel nieuw aangezicht – geen opgemaakte moeders met hippe gekleurde dure jassen en op transportfiets rijdende vaders die druk op telefoontjes oppas regelen als ze hun kinderen van de BSO halen, om straks weer te gaan sporten of uit eten te gaan.
De moeders hier hebben vooral grijze, bruine en zwarte jassen en staan met fietsen naast elkaar ruim op tijd te wachten op de stoep. Pratend, lachend en …. je wordt begroet, gezien en aangesproken. 

Wat aardig! Geïnteresseerde vragen, vriendelijke gezichten, de tijd voor een praatje! “Hallo, je bent toch op de Wijnstaete komen wonen?”  

Die eerste maanden zo vaak gehoord: “ik hoop dat jullie je welkom voelen, als ik kan helpen zeg het maar.” Het eerste bezoek aan de kroeg, interesse aan de bar: “Wat zijn de plannen? Een wijntje van de zaak?” Ook de eerste ouders over de vloer, kinderen ophalen is meteen even kennismaken. 

Onze nieuwe buurvrouw introduceert: “Zo doen we dat hier” …. een uitdrukking die we veel vaker gaan horen:

    • Of het nu gaat over hoe en wanneer de meidoorn gesnoeid moet worden die ons land en dat van de buurvrouw scheidt (op tijd, want de buurvrouw moet met haar trekker over het land)
    • Of dat het gaat over buurtborrels (daar móet je bij zijn)  
    • Of hoe je buurt moet maken (even de huizen langs) 
    • Over het dorpsfeest (daar ga je minstens drie keer naartoe) 

En het grappige is, dat hoe langer we in het dorp rondlopen, hoe meer we merken dat eigenlijk alles kan en mag in het dorp. Dat je als mannenstel een prominent horecabedrijf kunt hebben, dat je vluchteling kunt zijn en bij de groenteboer mag stagelopen, dat je huisvader kunt zijn met een vrouw die de kost verdient, dat je in het hele dorp demagnetiserende platen kunt plaatsen en iedereen ze wil. Dat je meditatielessen kunt geven in de kerk, dat je er een Gay Pride kunt organiseren, enz. enz.

Op één voorwaarde: dat je normaal doet!

 

Annemarie Uhlenbeck en Luigi Mascini
Januari 2018